Terug naar site

Beleggen in hout

Status aparte in grondstoffenland

27 augustus 2016

In de afgelopen decennia heeft bosbouw een beter rendement opgeleverd dan aandelen. De unieke biologische groei-eigenschappen van bomen kunnen juist door hun duurzame karakter in de toekomst een goed rendement opleveren. Rendement dat bovendien voor diversificatie kan zorgen door de geringe samenhang met andere beleggingen.

 

Voor wie beleggen ziet als het oogsten van risicopremies zijn grondstoffen geen structurele beleggingscategorie. Op lange termijn blijkt de risicopremie op grondstoffen zelfs negatief. Nu zijn er twee soorten beleggingen. Beleggingen zoals aandelen en obligaties die waarde hebben omdat ze in de toekomst kasstromen genereren. Net als gereedschap zijn ze van nut, omdat ze in staat zijn iets te produceren. Daarnaast zijn er beleggingen die waarde hebben omdat ze schaars zijn. Het zijn een soort juwelen waarbij men afhankelijk is van wat de gek er voor geeft, de ‘greater fool theory’. Beleggers die na de opgaande fase van de grondstoffensupercyclus nog steeds in grondstoffen beleggen, geloven dus dat er een nog grotere gek is die meer wil neertellen dan wat ze er zelf voor hebben betaald.

 

In grondstoffenland zijn er uitzonderingen en dat zijn ‘soft commodities’, waaronder hout. Hout is schaars, omdat de hoeveelheid bos in de wereld gestaag afneemt. Bos staat bovendien op land, dat moet concurreren met andere toepassingen. Tegelijkertijd is hout ook productief. Een boom groeit immers elk jaar. Deze groei is in hoge mate voorspelbaar en niet afhankelijk van economische omstandigheden. Houtprijzen kunnen wel sterk fluctueren, onder andere omdat de huizenbouw een belangrijke afnemer is van hout. Voordeel is dat een investeerder in hout de keuze heeft om even niet te kappen als de prijzen laag zijn. De vraag naar hout kan in de toekomst sneller stijgen door de structurele ontwikkeling richting bio-energie, biobrandstoffen en het gebruik van biomaterialen. Bovendien is het zachte productiehout door nieuwe verduurzamingstechnieken steeds vaker een alternatief voor het schaarser wordende tropische hardhout.

 

In de afgelopen decennia is de vraag naar sommige soorten zachthout afgenomen, omdat hout wordt gebruikt voor de productie van papier. Door de digitalisering is de vraag naar papier sterk gedaald. Dit proces is nog niet ten einde, maar wordt wel gecompenseerd door de nieuwe toepassingen voor papier. Zo probeert men op dit moment de plastic zakjes terug te dringen, waarvan papieren zakjes profiteren. De digitalisering heeft er wel voor gezorgd dat hout voor een grotere groep beleggers beschikbaar is geworden. Veel van de bossen waar hout wordt geproduceerd waren tot voor kort in handen van geïntegreerde papierbedrijven. Deze bedrijven produceren niet alleen papier, maar waren ook eigenaar van bossen waardoor ze minder gevoelig waren voor schommelingen in de pulpprijzen. Door de neergang in de papiersector daalden de aandelen van deze bedrijven en lag de waarde zelfs beneden de intrinsieke waarde van hun bossen. Om de waarde voor aandeelhouders te verhogen werden deze bossen apart genoteerd in zogenaamde Timber REIT’s. Dankzij deze ontwikkeling is hout in toenemende mate een belegbare grondstof geworden, mede omdat door de instroom van beleggers meer bossen werden aangekocht.

 

In Nederland kenden beleggingen in hout een slechte start door de malversaties bij zogenaamde teak-beleggingen. Soms was daar sprake van regelrechte fraude, maar veel vaker waren de kosten van deze beleggingen zo hoog dat er voor belegger weinig rendement overbleef. Bovendien gaan teak-plantages vaak ten koste van het zo kostbare tropische regenwoud. Hoewel er ook milieuzorgen kunnen zijn bij hout uit de gematigde streken, heeft dit hout als hernieuwbare grondstof het tij van de circulaire economie mee. Dergelijke groei-beleggingen worden interessanter door de lage rente. Als beleggingscategorie is hout wellicht te klein voor grote institutionele beleggers, maar dat is eerder een voordeel dan een nadeel.

 

The Asset, augustus 2016 (artikel geschreven in juni 2016)